Ik ben vlak bij school als ik een jongen tegenkom. “Ha, ik ben Wim. Woon je hier in de buurt?”
“Ik woon hier vijf minuten vandaan en ik zit hier op school.”
“Op welke school zit jij dan?”
“Waar die drie scholen naast elkaar staan.”
“De blo bedoel je?”
GA verder